De dertigste editie van de Honkbalweek Haarlem (26 juni tot en met 5 juli) zal gespeeld worden met vijf teams. Naast Nederland komen Cuba, titelverdediger Japan, Duitsland en Taiwan naar Haarlem.
De bedoeling was om het deelnemersveld te completeren met een sterk Amerikaans team, maar dat is ondanks alle inspanningen niet gelukt.
„We waren nagenoeg rond met het sterke collegeteam van San Diego State University met een aantal spelers die zich na de zomer kunnen melden bij een MLB organisatie. Toen puntje bij paaltje kwam vaardigde de lokale overheden een reisverbod af. Spelen van honkbal in een buitenland wordt beschouwd als een studiereis en dat mag onder de gegeven omstandigheden niet. Overmacht dus. Er zijn nu nog wat contacten met Mexico, maar het blijkt dat geen land nog echte verplichtingen wil aangaan”, verzucht Guus van Dee, voorzitter van het organisatiecomité.
Curaçao
„Als comité hebben we gezegd dat we nu stoppen met de speurtocht. Publiekstrekker Curaçao blijkt helaas geen optie omdat, laat ik het zo zeggen, het eiland organisatorisch nogal verdeeld is met meerdere sportbonden. We willen geen concessie doen aan de kwaliteit maar als zich toch nog onverwacht een sterk team zou aandienen, laten we ze wel binnen.”
De organisatie van het tweejaarlijkse evenement gaat ondanks het coronavirus door met de voorbereidingen van het evenement en weet dat er straks een punt komt van ’go or no go’. Als tenten- en tribunebouwers bijvoorbeeld aan de slag willen gaan moet er zekerheid zijn dat de week gespeeld gaat worden, anders ontstaat er een financieel debacle. Deelnemers moeten op enig moment ook vliegtickets kopen.
Sinds 2000 wordt er in Haarlem standaard met zes teams gespeeld. Tijdens de edities van 2010 en 2016 waren het er door omstandigheden vijf en in 2014 maar vier. „Met vijf teams kunnen we ook een mooi programma draaien”, zegt Van Dee. „Ze spelen allemaal twee keer tegen elkaar en de nummers 1 en 2 spelen dan op zondag de finale.”
Bron: Haarlems Dagblad
Tekst: Theo Plasschaert