Cuba stuurt kampioensploeg naar Haarlem

Ook deze 30e editie van de Honkbalweek Haarlem zal er weer een Cubaanse afvaardiging acte de présence geven. In het verleden werd deze honkbalgrootmacht vertegenwoordigd door spelers die later zouden uitgroeien tot supersterren, zoals Yuli Gurriel, Yoenis Cespedes en American League MVP uit 2020 Jose Abreu, maar dit toernooi treedt vijfvoudig winnaar Cuba (1972, ’74,’ 96, ’98, en 2012) aan in de Honkbalweek met een selectie die bestaat uit spelers van Cubaans landskampioen Alazanes de Granma, aangevuld met andere sterren uit de eigen competitie. 

Tot 2017 behoorden de Alazanes uit de zuidelijke provincie Granma, waarvan onder anderen Yoenis Cespedes de clubkleuren verdedigde, tot de subtop van het Cubaanse honkbal, maar aan de hand van coach Carlos Marti doorbraken ze dat jaar hun titeldroogte. Sindsdien kroonden de Alazanes zich nog drie keer tot landskampioen, waarvan de laatste titel onlangs behaald werd. Marti stond daarnaast aan het roer van de nationale ploeg tijdens de World Baseball Classic in 2017.

De ploeg die naar Haarlem komt, herbergt een aantal voor Honkbalweekfans bekende namen. Zo keert veteraan Frederich Cepeda (hij is inmiddels 42) weer terug naar het toernooi waar hij al meermaals uitkwam. Dat Cepeda nog steeds één van de beste honkballers op het eiland is, bewees hij dit seizoen door de Cubaanse competitie aan te voeren in slaggemiddelde (.410). Een andere bekende naam is die van Ariel Pestano — maar vergis je niet, dit is niet de legendarische catcher Ariel Pestano die al meerdere keren naar Haarlem reisde. Dat was namelijk zijn vader. Ariel Pestano Rosado, die nu in het vliegtuig stapt, volgt zijn vader, Ariel Pestano Valdés, op als Honkbalweekveteraan.

Nog een interessante speler om dit toernooi in de gaten te houden, is de grote man van Alazanes de Granma, Carlos Benitez. De tweedehonkman van de regerend kampioen eindigde als derde in het slagklassement door .379 te slaan met een on-base percentage boven de .500! Aan de pitchingkant stuurt Cuba onder meer César Garcia mee. De werper van Alazanes eindigde dit seizoen als achtste in de ERA-lijst en kreeg het minste homeruns tegen van alles Cubaanse startende werpers.

Kortom, Cuba lijkt weer met een sterke ploeg aan te treden in Haarlem. De laatste decennia zag het Caribische eiland hun toptalenten op steeds jongere leeftijd de oversteek maken naar de Amerikaanse Major League. In Haarlem hoopt het eiland te bewijzen dat het nog altijd een broedplek van honkbaltalent is.

Foto: Robert Bos/Honkbalweek
Tekst: Sander Grasman en Jasper Roos